Vincent van Dijk is trendforecaster op het gebied van hospitality en food. Daarnaast is hij partner van marketingbureau HBMEO en columnist van Entree Magazine. Zijn nieuwste column gaat over reizen: Reizen waarbij de bestemming bijzaak is, de snelgroeiende trend van slow travel, maar ook over hoe hotels de rol van reisbureaus langzaamaan overnemen.
Vincent van Dijk: Hotels zonder bedden
Op de receptiebalie staat een klassieke service-bel. Er hangen bordjes met lobby, restaurant, meeting rooms en spa. Voorbijsnellende hosts groeten gedienstig. De gast waant zich in een designhotel. Het enige opvallende: gasten dragen tassen in plaats van koffers. Dit is namelijk een hotel zonder bedden. Sleep is overrated, heb ik geleerd van barista-shirts, dus waarom zou je inderdaad nog bedden hebben?
‘Hotels worden nu ingehaald door co-working-concepten’
Dat hotellobby’s de inspiratie vormen voor werkplekaanbieders als Fosbury & Sons en Spaces is niet zo gek. Lobby’s zijn de beste plekken voor ontmoetingen en ideaal om te werken. Ze zijn een fijne balans tussen besloten en openbaar en een aangename werkelijkheid tussen bedrijvigheid en rust. Ze hebben bovendien goede service en internationale allure. Toch lukt het maar weinig hotels om écht een ontmoetingsplek of werkplek te worden voor locals, omdat dit niet hun core-business is. Links en rechts worden ze momenteel ingehaald door bedrijven die zich storten op het nieuwe werken. Op mensen die af en toe even willen ontsnappen aan hun kinderen of kantoor, zzp’ers die het leuk vinden om soms tussen ‘collega’s’ te werken of nieuwe mensen te leren kennen.
Het faciliteren van ontmoetingen wordt, zeker na de eenzame coronatijd, misschien wel net zo belangrijk als het verkopen van bedden. Veel hotels speelden daar al op in en haalden de bedden uit kamers om hier het perfecte kantoor van te maken. Dat zorgde in rustige tijden voor reuring. Hoe leuk is het om inspirerende start- ups onder je dak te hebben die passen bij je identiteit? Zo kun je de band met je buurt versterken en nieuwe groepen mensen binnen- halen. Of dit blijvend is, is de vraag, want de meeste hotels zullen de bedden weer terugplaatsen zodra ze kamers kunnen aanbieden aan buitenlandse gasten.
Voor restaurants en bars is dit trouwens ook een leuk business- model, want veel zaken worden overdag niet gebruikt en dat is natuurlijk doodzonde. Er bestaan in buitenlandse steden apps die aangeven welke horecazaken in de buurt werkplekken aanbieden en ook in Nederland duikt dit fenomeen op. Voor horecazaken een leuke manier om in daluren toch een beetje leven in de brouwerij te brengen en wat koffie te kunnen verkopen.
En ondertussen plopt het ene na het andere co-working-concept uit de grond. Van bureaus waar je af en toe eventjes gebruik van kunt maken tot exclusieve membership-clubs die de hele rimram aanbieden: van werkplek tot gym met wellness, maar ook een stomerij of nanny-service. En natuurlijk een goed restaurant, want de tijd van een kantine met lauwe kroketten is voorbij. Werkers en netwerkers van nu willen een kek koffiebarretje, een oergezonde lunch en ’s avonds de geslaagde werkdag vieren met een mooie cocktail. Alleen, met collega’s of gelijkgestemden.