Het wordt voor Amsterdamse horecaondernemers mogelijk om terrasverwarming aan de gevel te plaatsen.
Het college van B&W heeft dit besloten na een proef van twee jaar met 62 terrassen in stadsdeel Centrum en na een recente uitspraak van de Raad van State. Het college stelt de gemeenteraad voor om verwarmde terrassen in de hele stad het hele jaar door mogelijk te maken
en daarvoor de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) te wijzigen. Een uitspraak van de Raad van State van december 2011 ondersteunt het besluit van het college. Terrasverwarming kan op grond van de milieuwetgeving niet worden verboden. Er zal een convenant met de horecabranche worden afgesloten over het gebruik van de minst belastende apparatuur en klimaatcompensatie.
Pilot
In de pilot is gebleken dat de negatieve gevolgen van terrasverwarming voor het milieu minder groot zijn dan vooraf werd verwacht. In de praktijk blijken ondernemers hun terrasverwarming namelijk uit te schakelen als er geen bezoekers op het terras zitten,
waarschijnlijk om energiekosten te sparen. Tijdens de pilot zijn niet meer klachten van overlast binnengekomen. Terrasverwarming aan de gevel wordt toegestaan. Alleen op de uitgaanspleinen, waar terrassen in het midden staan en gevelverwarming daarom niet
mogelijk is, mag verwarmingsapparatuur aan verankerde parasols worden bevestigd. Burgemeester Van der Laan: “We willen in Amsterdam minder regels en de regels die we hebben beter handhaven. Daarnaast is het belangrijk dat in de hele stad dezelfde regels
gelden. Daarom schrappen we het verbod op terrasverwarming. Volgens de uitspraak van de Raad van State is een verbod ook niet mogelijk.”
APV
De openingstijden van terrassen zijn aan stedelijke kaders gebonden. De maximale openingstijden zijn in de APV vastgelegd. Daarbinnen kunnen stadsdelen een onderscheid maken tussen woongebieden, gemengde gebieden en uitgaansgebieden. De stadsdelen
kunnen na de APV-wijziging ook terrasregels maken voor het winterseizoen, maar wel binnen de kaders. Zo is bepaald dat de openingstijd van winterterrassen in woongebieden en gemengde gebieden die kwetsbaar zijn voor overlast beperkt blijft tot 20.00 uur. In
gebieden die niet kwetsbaar zijn voor overlast en in uitgaansgebieden kan door de stadsdeelvoorzitter een latere sluitingstijd voor het winterterras worden vastgesteld met 24.00 uur als uiterste sluitingstijd.

