In de nieuwe Drank- en Horecawet die waarschijnlijk in juli ingaat, krijgen gemeenten veel extra verantwoordelijkheden. Uit een onderzoek van Bureau Horeca Bijzondere Wetten (BHBW) blijkt nu dat 92 procent van de gemeenten hier niet op voorbereid is.
Uit het onderozek blijkt dat gemeenten zichzelf een onvoldoende (51 procent) of mager zesje (21 procent) geven als het gaat om de voorbereiding op de komst van de gewijzigde Drank- en Horecawet. De respondenten noemen gebrek aan capaciteit (42 procent) en kennis (11 procent) als belangrijkste redenen voor het ontbreken van een plan van aanpak.
Hierdoor is men gedwongen de voorbereidingen uit te stellen. 3 procent van de respondenten, allemaal werkzaam bij gemeenten op dit beleidsterrein, wist zelfs niet van de komst van de wet.
Voordelen
De gemeenten zijn over het algemeen wel blij met de nieuwe wet, concludeert BHBW. Als voordelen noemen de respondenten bijvoorbeeld de mogelijkheid om als gemeente lokaal beleid te maken en het niet meer afhankelijk zijn van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) voor controles.
"Voor een betere voorbereiding acht 38 procent van de respondenten meer capaciteit noodzakelijk, al zal dat in de meeste gemeenten niet aan de orde zijn", zegt een woordvoerder. "Slim samenwerken en taken prioriteren en uitbesteden biedt waarschijnlijk meer soelaas."
Drank- en Horecawet
De Tweede Kamer ging in juni 201 akkoord met de gewijzigde Drank- en Horecawet. Binnenkort wordt de wet naar alle waarschijnlijkheid aangenomen door de Eerste Kamer en daarmee ingevoerd op of rond zondag 1 juli.
De respondenten in het BHBW-onderzoek vertegenwoordigden 56 procent van de gemeenten.